TOP

Dit zijn de reacties uit de kindermodebranche op het einde van Kleine Fabriek

Winkeliers, agenturen en merken uit de kindermodebranche reageren niet verrast op het besluit van Modefabriek bv om te stoppen met Market by Kleine Fabriek. Het liep niet storm de laatste jaren en grote merken haakten af, zagen ze. Toch hopen ze dat er een nieuw platform komt voor het kindermodesegment. "Het zou mooi zijn als merken of agenturen iets gaan organiseren."

Half september 2017 is het doek gevallen voor Market by Kleine Fabriek. Vanaf medio woensdag 13 september 2017 pleegde de organisatie van de vakbeurs, Modefabriek bv, de eerste telefoontjes naar exposanten met de mededeling dat er geen nieuwe editie meer komt van de kindermodevakbeurs. In een persbericht laat de organisatie van Modefabriek bv weten dat de beslissing is genomen ‘na zorgvuldige afweging’. Deze beslissing is voornamelijk gebaseerd op de ontwikkelingen in de branche en de veranderingen op het gebied van retail.

‘In de steek gelaten’

“Zonde”, zegt Joost Hoppenbrouwers van Hop Agenturen. “Maar er is niks aan te doen. Het is jammer dat de beurs in de steek is gelaten door een aantal grote labels. En daarmee gaat het nu misschien goed en hebben ze een beurs als Kleine Fabriek nu niet nodig, maar er komen ook weer tijden dat het minder gaat en dan is het fijn dat je zo’n beurs hebt.”
Hoppenbrouwers stond ook de laatste zomereditie 2017 op Kleine Fabriek, maar heeft ook al twee keer een open dag georganiseerd. “Ik wist dat dit ging gebeuren en daarom blijven we die dagen ook organiseren. Nu hebben wij het geluk dat we genoeg merken hebben (16, red.) wat het de moeite waard maakt voor winkeliers om naar ons toe te komen. Maar ik ben een voorstander van een vakbeurs.”

Uniformiteit

Raymond Maclean van Snapp Agencies zag ook dat het voor Kleine Fabriek moeilijk was om dit vol te houden. “Jammer dat de ondernemers dat niet in hebben gezien. We hadden maar één platform en dat was Kleine Fabriek.” Juist op deze beurs kon je de merken vinden waarmee je als retailer kon groeien, zegt Maclean. “Veel winkeliers richten zich op grote, populaire merken en die stonden niet in Amsterdam. Er is in Nederland veel uniformiteit, de consument wordt niet verrast en vindt overal hetzelfde. Het mooie is om de consument juist te verrassen. En de merken die verrassen en waarmee je kunt groeien, die vond je op Kleine Fabriek.”

Agenturenbeurzen

Maclean beraadt zich nu nog op hoe hij de kindermodewinkelier gaat bereiken. Deelnemen aan een consumentenbeurs ziet hij niet zitten, hij vermoedt dat er wellicht dat er op lokaal niveau platformen ontstaan. “Agenturenbeurzen, zoiets. Een aantal merken die bij elkaar gaan zitten en een bepaalde plek zoeken in Nederland en samen starten. Zo is ooit ook No Kidding ontstaan, dat was een beurs van agenturen, zo’n twintig jaar geleden. Maar ik zou niet snel op een consumentenbeurs staan. Wel om te laten zien wat we doen en doorverwijzen naar de winkelier, niet om direct te verkopen.”

‘Spijtig’

Quapi is een van de standhouders van Kleine Fabriek die verleden week persoonlijk op de hoogte werd gesteld door de organisatie van het besluit. Spijtig voor het Nederlandse label, want dat wilde op Kleine Fabriek hun nieuwe meisjesmodemerk lanceren. Dat doen ze nu in de eigen, nieuwe showroom. “Het was toch wel een verrassing, hoewel de laatste editie matig was qua bezoek”, zegt marketingmanager Marieke Noorlander. “We moeten nu onderzoeken hoe we ons merk aan de man brengen. We waren nog niet van plan om aan buitenlandse beurzen deel te nemen, maar omdat we ons richten ons op de Benelux en Duitsland, kijken we wel naar Parijs. Maar we hebben er nog geen besluit over genomen.”

Pop-up showrooms

Kinderkledingmerk Noeser betreurt het ook dat Kleine Fabriek stopt. Marketingmanager Marloes Hilbers: “Dat de stekker er helemaal is uitgetrokken, is een rigoureuze stap. Wij hebben ook niet alle zomeredities mee gedaan, maar ’s winters waren we er en het is altijd een fijn en succesvol ontmoetingspunt, voor zowel bestaande als nieuwe klanten.” Hoe gaat Noeser de collecties onder de aandacht brengen nu? “Daar denken we nu over na. We hebben natuurlijk een eigen salesteam en showroom en hebben zelf goede ervaringen met onze pop-up showrooms door het land. Daarbij kiezen we een locatie in het land waar klanten die wat verder weg zitten, sneller naartoe kunnen komen. Nadeel is dat je de aanloop van nieuwe klanten mist, zoals op een beurs wel het geval is. Maar we staan daarnaast ook op een aantal buitenlandse beurzen, mogelijk gaan we zien dat die belangrijker of effectiever gaan worden.”

‘Fysiek toch best’

Live contact blijft belangrijk voor het Nederlandse label. Daarin wil Noeser ook een rol vervullen. “Hoe dat eruit ziet, daar moeten we over nadenken. Maar we hebben die uitnodiging om daarover na te denken wel neergelegd bij Kleine Fabriek. Wij voelen een verantwoordelijkheid om met de markt te kijken naar wat wel werkt. Als het tijdperk van fysieke beurzen in deze opzet over lijkt te zijn, moet je kijken aan welke knoppen je kunt draaien om het wel een succesvol concept te creëren. Want je klant en nieuwe prospects fysiek ontmoeten op een platform is voor een merk toch het best.”

Hotel

Jenny Sier van kindermodewinkel Sully’s uit Volendam verbaast het niet dat de vakbeurs stopt. “We merkten wel dat het niet erg druk meer was. De hele entourage was minder. We hoorden leveranciers klagen dat het te rustig was, dat komt de sfeer niet ten goede.” Zelf vond ze het altijd belangrijk om haar gezicht te laten zien. “Het is leuk om elkaar allemaal te spreken, maar we schrijven er ook altijd merken als Dirkje en Z8. Die zitten net even te ver voor ons.” Hoe lost ze dat nu op? “Ik hoop dat merken zelf met een oplossing komen. Misschien dat ze een dag in een hotel hun collecties komen tonen, merken als Feetje, Jubel,en Dirkje doen dat.”

Vakbladen

Kindermodezaak Pien en Mats in Borne hoopt de merken nu op buitenlandse beurzen tegen te komen. “Maar dan moeten het er wel heel veel zijn, anders heeft het geen zin”, zegt eigenaar Corine Munsterhuis. De ondernemer haalt veel inspiratie uit kindermodevakbladen, maar ze zou het fijn vinden als er in Nederland weer een fysiek platform komt, zodat ze de merken die ze tot voor kort op Kleine Fabriek schreef, niet hoeft te missen. “Het zou mooi zijn als bijvoorbeeld agenturen of merken samen iets organiseren.”  

‘Betaalbare stands’

Anneke Heerdink van kindermodewinkel Hipp en Toff uit Rhenen sloeg de laatste drie jaar de zomeredities van Kleine Fabriek al over vanwege een ‘uitgedund aanbod’. De winteredities bezocht ze wel. “Dat Kleine Fabriek stopt is geen goede ontwikkeling, je gaat er toch heen om je te oriënteren, trends te spotten en je leveranciers te spreken. In die zin is het heel jammer, maar ik begrijp het wel. Zo goed gaat het immers niet in de branche.”
De winkelier vertrouwt erop dat er iets anders voor in de plaats komt. “Een beurs, maar dan wellicht op een goedkopere locatie met meer betaalbare stands.”

Winkeliers United

De ondernemer laat zich ook inspireren door het platform voor kindermodewinkeliers, Winkeliers United waar ze een van de beheerders van is. “Daar zijn ruim tweehonderd kindermodewinkeliers bij aangesloten en we informeren elkaar ook over trends en nieuwe merken.” Zou die groep een springplank voor een nieuwe vakbeurs kunnen zijn? “Dat kan ook. Maandag zijn we bijvoorbeeld met bij Vingino op bezoek geweest met de aantal aangesloten winkeliers en personeel. Zo kun je als merk ook onze groep benaderen.”

‘Trots zijn’

Chantal Monsma van Stoer Kids in Hilversum vindt het jammer dat de Nederlandse winkelier nu naar het buitenland moet voor inspiratie, al vond ze zelf op Kleine Fabriek niet de verrassing en vernieuwing die ze wilde voor haar winkel. “Nederland is wat kinderwinkels betreft nog best bijzonder. Wij zijn een van de weinige landen met nog zoveel kleine zelfstandige kinderwinkels. Best iets om trots op te zijn. Want juist dat brengt de diversiteit en passie in de winkels waar de klanten zo van houden en naar op zoek zijn.”

Monsma oriënteert zich al langer op buitenlandse beurzen. “Wij zijn al een tijdje aan het kijken welke beurs de beste gaat zijn voor ons. In de tussentijd halen we onze inspiratie vooral van Instagram. Leveranciers spreken we regelmatig via de mail of telefoon. En natuurlijk tijdens de inkoop in de showrooms. Contact met onze collega-winkeliers gaat via social media of gewoon even bijkletsen aan de telefoon. Het is wel jammer dat je elkaar niet vaak meer tegen komt. Want het is heel fijn om elkaar te spreken. Juist omdat je vaak tegen dezelfde dingen aan loopt en elkaar soms een duwtje in de goede richting kunt geven.”

‘Zorgvuldige afweging’

De editie van juli 2017 dus de laatste geweest voor de kindermodevakbeurs. In een persbericht laat de organisatie van Modefabriek bv weten dat ‘na zorgvuldige afweging’ definitief te stoppen met de vakbeurs voor de kindermode- en lifestylebranche. Deze beslissing is voornamelijk gebaseerd op de ontwikkelingen in de branche en de veranderingen op het gebied van retail, staat erin. “Wij zijn trots op het internationale en kwalitatief waardevolle evenement dat wij de afgelopen jaren hebben neergezet’, staat in het perscommuniqué.

Tijdens de laatste editie van het vakevenement rees er al twijfel over de continuïteit van de beurs. Grote merken sloegen Market by Kleine Fabriek al vaker over en standhouders uitten hun zorgen over teruglopende belangstelling. Of er ook feitelijk minder bezoekers op af kwamen is niet te zeggen, Modefabriek deelt – evenals veel andere vakbeurzen – die cijfers niet.

LEES HET LAATSTE BEURSVERSLAG: Market by Kleine Fabriek: rustig, en grote merken worden gemist